Het grote nadeel van het schrijven van een nieuw eigen kookboek is dat allerlei andere leuke, nuttige, zinvolle danwel dringende zaken wat ondergestoft raken. Neem nou het Surinaamse kookboek Mavis kookt van Mavis Hofwijk. Precies een maand geleden alweer werd dat ten doop gehouden. Dat weet ik weer omdat ik vandaag de parkeerboete ontving die ik die winderige middag heb opgelopen toen ik met een gelukzalig buikje vol pom weer huiswaarts wilde keren. Al die tijd ligt het boek me van bovenaf de stapel verlekkerd aan te kijken. Nou ja, in Suriname hebben ze ook geen haast, denk ik dan maar. Maar nu niet langer gedraald.
Bijlmer-fenomeen
Mavis Hofwijk is een fenomeen in Amsterdam en omstreken. Vanuit een garagebox in de Bijlmer runt ze al jaren een zeer succesvol cateringbedrijf, Surinaams Buffet. Ze kookt niet met recepten, maar ‘op gevoel’, oftewel door veel te proeven. Daar is trouwens een typisch Surinaamse methode voor: ‘Maak een kommetje van je hand, schep daar met een lepel een klein beetje vocht van het gerecht in en proef of de balans tussen zoet, zuur en zout goed is. Voeg naar smaak suiker, azijn, Aromat of een bouillonblokje toe’.
Holland-Suriname
Karin Vaneker is een Hollandse schone annex pomliefhebster. Zij heeft een tijdje met Mavis meegelopen en haar recepten opgeschreven. Het resultaat van deze multicultisamenwerking is dit aanstekelijke kookboek. We vallen met de deur in huis met een ingrediëntenlijst, van antruwa (‘een glanzend witte of lichtgroene tomaatachtige vrucht’) tot en met het beroemde zoutvlees en zuurgoed. Helaas zonder foto’s, nu weet ik nog niet hoe een birambi of sopropo eruit ziet. Maar hoewel ingrediënten je niet altijd even bekend zullen voorkomen, de Surinaamse keuken in wezen niet ingewikkeld.
Zwemlerares
Naast recepten van bekende en minder bekende Surinaamse klassiekers kun je ook het levensverhaal van Mavis lezen. Zo bleek deze ex-zwemlerares aanvankelijk zelf niet eens te kunnen zwemmen. Door het boek heen veel wetenswaardigheden, van lemmetjes (de gele, rijpe variant van limoenen), tips van Mavis tot het feit dat soep nooit als voorafje wordt gegeten maar als hoofdgerecht. Ook opvallend: er wordt driftig met de Aromat-bus gestrooid bij wijze van zout.
Fotografie
Het boek is zorgzaam vormgegeven, met mooie grote foto’s. Vaak met bewegingsonscherpte, want er wordt wat afgeroerd, – gestampt en –geschud. En fraaie close-ups van bakken vol sappige tomaten en knalroene boontjes. Zonder meer beeldig en artistiek verantwoord, alleen jammer dat de receptfotografie er wat bij ingeschoten is. Nu zien we een stuk rauw vlees op een snijplank bij ‘Chinese biefstuk op zijn Surinaams’, een hand met groene blaadjes boven een pan water bij ‘Moksi-aleisi met bitawiriwiri’ en een onscherpe vijzel bij ‘Paksoi met gember en knoflook’. Zelfs van Mavis’ signature dish, de rotirol, is geen foto te vinden. Toch een gemis, want juist voor beginners in de Surinaamse keuken is een foto van het gerecht een handige indicatie over wat ongeveer de bedoeling is. Maar misschien is dat veels te Hollands gedacht, moeten we gewoon, hup, het avontuur tegemoet?
Mavis Hofwijk & Karin Vaneker, Mavis kookt, De Surinaamse keuken volgens Mavis Hofwijk, uitgeverij Fontaine, € 17,90