Het persbericht dat vergezeld ging van het gisteren besproken kookboek Kookschool – De Italiaanse keuken maakte met name nieuwsgierig naar het lasagnerecept: “Neem die net-even-andere lasagne. Waar andere kookboeken een recept in een halve pagina uit de doeken doen, gebruiken Laura Zavan en fotograaf Pierre Javelle maar liefst vier pagina’s en tien (!) foto’s. Want natuurlijk kom je er niet met alleen een plaatje van het eindresultaat. Zeker als beginner wil je ook zien hoe de asperges in plakjes worden gesneden de lasagenvellen gekookt en de gratineerschaal gevuld.’
Maar gek genoeg leidde dat ertoe dat mij ineens heel andere dingen opvielen.
Waarom?
‘Snij de het zachte deel van de asperges in plakjes’. Wat doen we met die uiteindes? Die liggen namelijk wel keurig geometrisch op de snijplank. Waarom moeten de asperges en uien persé afzonderlijk gebakken worden? En waarom moeten de aspergetips eerst gekookt en later ook nog eens in boter gebakken? Verse doperwtjes, die je nota bene rauw kunt eten, hoef je toch niet eerst gaar te koken in water als ze vervolgens toch nog in de oven gaan? En vérse lasagnevellen voorkoken? Dat is toch volstrekt overbodig? Reuze intrigerend allemaal.
Huphup
Of ben ik teveel van de praktische Hollandse huphup-methode? De eerste de beste Italiaan mag het zeggen. Ik beloof plechtig dat ik het de eerstvolgende keer eens officieel volgens het recept ga doen. Eens kijken of het echt verschil maakt. Het is helaas nog geen tijd voor verse doperwten, maar ik geef toch alvast het recept, om je alvast aan te verlekkeren. Wel 90 minuten ervoor uittrekken…
Nodig voor 6 personen:
8-12 lasagnevellen
1 bosje groene asperges
1 kilo verse doperwten (gedopt tot 250 g netto)
1 bos nieuwe uien
500 g burrata ofricotta
100 g parmezaanse kaas
2-3 el olijfolie
3-4 klontjes boter
zout, nootmuskaat
Bechamelsaus:
70 g boter
70 g bloem
1 l melk
4 mespuntjes nootmuskaat
zout
Bechamelsaus: smelt de boter. Strooi al roerend de bloem erover. Wacht tot de roux kleur krijgt en voeg beetje bij beetje de melk toe. Roer onafgebroken om kontvorming te voorkomen. Laat de saus 10 minuten pruttelen; voeg zout en nootmuskaat toe. Laat de saus afkoelen; als hij te dik is, doet u er wat melk bij.
1. Snij het zachte deel van de asperges in plakjes en de uien met het groen in blokjes.
2. Bak de asperges en de uien afzonderlijk in wat olie en een klontje boter (ze moeten knapperig blijven). Bestrooi ze met zout.
3. Breng 500 ml water met zout aan de kook en kook de aspergepunten 2-3 minuten; houd ze apart.
4. Kook de doperwten op laag vuur in wat bouillon of water met zout gaar.
5. Kook de lasagnevellen 2-3 minuten in kokend water met zout en 1 el olijfolie niet meer dan 3-4 vellen tegelijk, anders gaan ze kleven).
6. Leg ze in een kom koud water om de garing te stoppen, laat ze uitlekken en leg ze naast elkaar op een schone doek.
7. Beboter een gratineerschaal en leg er een laag lasagne, bechamel, groente en stukjes burrata/ricotta op. Bestrooi alles met Parmezaanse kaas.
8. Herhaal de operatie nog tweemaal. Eindig met lasagne en voorzie de pasta van verkruimelde burrata en parmezaanse kaas.
9. Zet het gerecht circa 20 minuten in een tot 180 graden verhitte oven. Bak de aspergepunten vlak voor het opdienen even in een pan met een kluitje boter en garneer er de lasagne mee.
Dit recept komt uit het boek Kookschool – De Italiaanse keuken (uitgeverij Inmerc). Lees hier de recensie.