Wat betreft leven na de dood, daar is nog geen eensluidend antwoord op gevonden, maar koffie na de dood is er wel. Meestal met cake. Begraafplaats Zorgvlied presenteerde gistermiddag een nieuw cateringconcept en liet ook maar meteen een boekje schrijven over eten en rouwen door Johannes van Dam.
Individualisering
Ach ja, die spreekwoordelijk eeuwige koffie met cake. Toch lijkt dat fenomeen z’n langste tijd gehad te hebben. In de voortschrijdende tendens tot individualisering en personalisering, ook wat betreft rouwverwerking, zijn er inmiddels heel wat nabestaanden die kiezen voor iets anders. Begraafplaats Zorgvlied, lommerrijke laatste rustplaats van vele beroemdheden, is nu ook in het gat gesprongen en komt met een nieuw cateringconcept.
Een hele troost
Het duurde alleen even voor ik doorhad dat het daarom ging, want de uitnodiging was aangekondigd als een boekpresentatie. Culinaire allesweter Johannes van Dam en evenementenorganisator Jeannette Diepenbroek schreven samen een boekje over de combinatie van eten en rouwen. Een hele troost, heet het. Het verhaalt over alle mogelijke soorten rouwvoedsel, is geschreven in opdracht van Zorgvlied en ook uitsluitend daar verkrijgbaar. Cake komt er natuurlijk in terug, maar ook de Brabantse koffietafel, Antilliaans krentenbrood en gestoofde geit, Joodse eiersalade en Molukse kerriekip, om er slechts een paar te noemen. Oja, en empanadas, volgens Van Dam ‘universele flappen, bij uitstek geschikt voor begrafenissen. Te vullen met wat je maar wilt, eetbaar met de hand en makkelijk om uit te delen of mee te geven.’
Hapjes met harp
Van de presentatie en de sprekers heb ik helaas weinig meegekregen; allen gingen namelijk schuil achter een katheder met onbegrijpelijk immens bloemstuk. Maar na afloop waren er hapjes. Prachtige hapjes, van Miguel’s Rouwkost, maar ook van croquettenkoning Holtkamp en cateraar Frans Kragtwijk. Dat alles in een spiksplinternieuw, nog naar verf geurend, paviljoen met bijbehorende harpiste. Maar voor de substantiëlere trek was er ook kerriekip met rijst in een tent in de tuin. Overal op bankjes in de zon zag je blij peuzelende genodigden, terwijl intussen een klein fanfareorkestje en een gamelangezelschap streden om de muzikale aandacht. Wat je noemt een hele prettige bijna-doodervaring.