Eigenlijk heet dit recept uit het gisteren besproken kookboek Kip ‘Kippenstoof met gekonfijte citroen & citroenolijven’. Dat paste niet in mijn titel, maar ik vond het wel dermate lekker klinken, dat dit het eerste kiprecept uit het boek was dat ik onverwijld wilde maken. Al stuitte ik wel meteen op een probleem. Het recept is voor 4 personen, maar de ingrediëntenlijst begint met ‘poten van 10 kippen’. Ervan uitgaande dat een gemiddelde kip nog altijd 2 poten heeft, zouden dat dus 20 poten moeten zijn? Vijf poten de man? Dat lijkt me zelfs voor doorgewinterde kipliefhebbers een beetje veel van het goede…
Van de weeromstuit begon ik dus ook te aarzelen bij de overige ingrediënten. Was dat dan ook niet veel teveel, en meer afgestemd op een weeshuis? Ik had ook wel erg veel saus… Hierbij (met mijn aanpassingen) het recept, want het laten we hier duidelijk over zijn: het was erg lekker!
Nodig voor 6 personen:
6 kippenbouten
1 snufje saffraan
2 knoflooktenen, fijngesneden
4 sjalotten, fijngesneden
4 cm verse gember, fijngehakt
1 Spaanse peper, fijngehakt (zonder zaadjes)
2 ingemaakte citroenen
250 g groene olijven
klontje boter + scheutje olijfolie
1 glas witte wijn
1 glas kippenbouillon
1 blik gepelde tomaten
handje fijngehakte peterselie
Gooi de saffraan in het glas wijn (dat doet de auteur niet, maar werkt volgens mij beter). Wrijf de poten in met peper en zout en bestuif ze lichtjes met bloem. Verhit boter en olijfolie in een braadpan en braad op hoog vuur de poten aan alle kanten even mooi aan. Haal uit de pan. Fruit nu in dezelfde pan de sjalotten, knoflook, gember en Spaanse peper. Doe de tomaten erbij en druk ze een beetje klein met een pollepel. Giet de (nu gele) saffraanwijn erbij en de bouillon. Snij de ingemaakte citroenen in vieren, snij het vruchtvlees eruit en gooi weg (is bremzout! niet te eten!). Snij de schil in dunne reepjes en doe in de pan. Zout en peper niet vergeten. Voeg de kip weer toe, en laat dan met deksel schuin op de pan een uurtje zachtjes sudderen. Tenslotte de olijven erbij en nog een kwartiertje. Verse peterselie op het laatst erdoor. Lekker met rijst.
Mijn tip: te veel, te natte saus? Kip eruit, vocht op hoog vuur even laten inkoken, dan kip weer terug.
NB: Volgens het recept moest er ook nog citroensap (van een gewone citroen) door, maar sommigen in het gezelschap vonden het iets te zuur. Daarom heb ik hem weggelaten, maar je kunt altijd nog wat partjes citroen erbij serveren om zelf erover uit te knijpen.
Dit recept komt zoals gezegd uit het boek Kip van Claartje lindhout lees hier mijn artikel.