In mijn jeugd ging ik jaar in jaar uit naar Karinthië in Oostenrijk, maar nu was ik er na vele jaren ineens weer op een Hugo-doordrenkt persreisje, en wel aan de Wörthersee. Ken je dat lied van de schöne blaue Donau? Welnu, de Wörthersee is minstens zo blauw. En pal aan het meer ligt restaurant Saag. ‘Seerestaurant’, noemen ze het zelf. Eerste indruk: wow! Wat een terras! Je kunt er met je eigen boot aanleggen, wat veel gasten doen. Van mijn Oostenrijkse tafeldame leer ik een nieuwe uitdrukking, ‘schicky micky’, vrij vertaald in het Nederlands komt dat neer op ‘rich & famous’. Want die mogen hier graag neerstrijken. Wij zitten zelfs helemaal deftig, in een eigen paviljoentje, pal aan het water. De keuken van chef Hubert Wallner draait om genieten, alle menu’s heten iets met ‘Genuss’ erin. En inderdaad, genieten is het, nog afgezien van de wijnkaart met 700 ‘Positionen’. Alleen al de amuse is beeldschoon: een rotsblokje met een rondje uitgestoken watermeloen, daarop parmezaancrème en wat (Hollandse?) cress. Daarna volgt een serie even heerlijke als mooie bordjes. De avond valt, maar zodra het wat frisser wordt komen er plaids tevoorschijn. Het is bijna volle maan. Wat een idyllische plek.Nog twee tips: let op die fabelhaftige kaastrolley en vergeet vooral niet een bezoek te brengen aan de toiletten: temidden van alle moderne architectuur zijn die ineens weer als een houten blokhut boven op een Alp. Aandoenlijk.