Laatst belandde ik zomaar ineens in Appelscha. Ik was er nog nooit geweest. Maar Appelscha had altijd zo’n magische klank, net als Timboektoe en Zanzibar en de Zuidpool. Alleen dan een stuk dichterbij. En bij de eerste de beste bakkerij stuitte ik op Friese dumkes. Die kende ik dankzij Frans. Geen Fries, maar hij woont er wel. En als hij naar ‘het westen’ komt, dan weet hij wat wij Randstedelingen lekker vinden. Fryske dúmkes natuurlijk.
Duimpjes
‘Friese duimpjes’, luidt de vertaling, want de overlevering wil dat de bakker zijn duim in de nog warme koekjes duwde om ze in hun karakteristieke vorm te manoevreren. Een kruidig, notig koekje met overduidelijke anijssmaak.
Gestampte muisjes
Nou is het gekke dat ik niks heb met anijs. Niet met pastis, niet met ouzo, niet met raki, niet met gestampte muisjes en al helemaal niet met warme anijsmelk. Maar in Fryske dúmkes is de anijs helemaal op z’n plek. Soms zijn ze knetterhard – denk aan cantuccini, die Italiaanse amandelkoekjes – en dan moet je ze vooral soppen in de thee. De FD’s uit Appelscha waren niet knetterhard maar lekker bros. Maar ook die dippen zo heerlijk weg in de thee.
Dooreetfactor
En het allermooiste? De beste banketbakker van Amsterdam heeft ze nu ook in het assortiment. De firma Holtkamp, waar ik sowieso al niet weg te slaan ben vanwege de garnalenkroketten, pardon, croquetten, de frambozentaart en sinds kort de macarons. Maar ze hebben ook fabuleus brosse FD’s met hoge dooreetfactor. Die zo mogelijk nóg anijziger smaken dan die uit Friesland, maar dat schijnt te komen omdat mevrouw Holtkamp zo’n anijsfan is.