De gemiddelde supermarktbezoeker weet niet beter dan dat er twee soorten aardbeien zijn: Spaanse en Hollandse. De eerste zijn inferieure grote, wittige bonken, de tweede zijn ‘uit de volle grond’ en te prefereren. Over rassen wordt nooit gesproken. Nu ja, hooguit in het vroege voorjaar, als elke culifanaat zich verheugt op de eerste lambada’s. Maar daarna is het een raadsel. En dat terwijl in Frankrijk op de markt er juist altijd nadrukkelijk bijstaat om welke fraises het gaat. Je koopt er charlottes, gariguettes of mara des bois. Die laatste twee heb ik intussen ook in potten in de tuin. Op een verhoginkje, tegen de slakken. En in de grond heb ik van die snoeperig piepkleine bosaardbeitjes. Allemaal bomvol smaak en wat een feest dat er nu elke dag van alles te plukken valt.
Aardbeziën, heetten ze vroeger bij ons thuis. De term stamt uit een oude kinderserie op televisie over Ti-Ta tovenaar die zijn best deed om de rode vruchten te veranderen in kamelen. Waarom je dat in hemelsnaam zou willen, was mij als kind al een raadsel. Verder kan ik me van de serie eerlijk gezegd niets meer herinneren, maar toen ik ging zoeken op YouTube, bleek ik de begintune van dochter Tika nog feilloos te kunnen meezingen: “Mijn vader is een tovenaar, ’t is echt ’t is heus, ’t is raar maar waar!”. Mijn eigen vader was boekhouder, da’s toch andere koek.
Online vond ik de allereerste aflevering terug, uit 1972. Daarin tovert pa drie groene drilpuddingen tevoorschijn bij wijze van avondmaaltijd. Hè nee, zucht zijn dochter, niet wéér, heb je niet wat anders? Geen punt, pa doet even hop, en dan zijn het ineens rode drilpuddingen. Wel met slagroom, maar niet met aardbeziën. Die waren kennelijk allemaal al gebruikt voor die kamelen. Wat trouwens jammerlijk mislukt, maar goed, dat moet u zelf maar opzoeken.
Ik maakte geen pudding maar ijs met aardbeziën. Supersimpel en zonder ijsmachine, het lijkt wel toveren. Met als extra twist wat groene basilicum. Daar zouden Tika en haar vader vast gek van staan te kijken.
RECEPT Aardbeienijs met basilicum
(zonder ijsmachine!)
Nodig voor 4 personen:
250 g aardbeien + wat extra voor garnering
1 blikje zoete gecondenseerde melk (400 g)
1 citroen
1 handvol basilicum
25 g blanke amandelen
1 eetl poedersuiker
snuf zout
Doe de aardbeien met de gecondenseerde melk, rasp en sap van de citroen in de blender en pureer helemaal glad. Voeg op het eind bijna alle basilicum toe en hak heel kort, zodat het nog groene spikkels zijn. Schenk in een plastic vierkant diepvriesdoosje met deksel (12 x 12 cm) en zet minstens 4 uur in de vriezer.
Hak intussen de amandelen grof. Doe met poedersuiker en een ferme snuf zout in een droge koekenpan en bak al omscheppend in een minuut of 4-5 goudbruin. Laat afkoelen en knapperig worden op een bord.
Serveren: Schep bollen van het ijs. Garneer met extra aardbeien, wat basilicum en de knapperige nootjes.
TIP:
Hoe langer het ijs in de vriezer staat, hoe harder het wordt. Zet anders even 10 minuten op het aanrecht voor u bollen schept.
Dit recept verscheen eerder in Trouw (©: Koken met Karin).
Bewaar dit recept als pin op Pinterest:
NIEUW BAKBOEK
Nog heel even geduld, dan is het 16 september, en dan ligt mijn nieuwe bakboek De Zoete Oven overal in de winkel. Wil je ‘m als eerste in huis hebben? Reserveer dan hier bij mij een gesigneerd exemplaar, dan ligt het boek op 16 september bij je in de bus.